search_api_autocomplete
273.

Welke ervaring komt in aanmerking als relevante ervaring inzake bemiddeling in bank- en beleggingsdiensten ?

In het kader van de bemiddeling in bank- en beleggingsdiensten moeten de bij de bemiddeling in bank- en beleggingsdiensten betrokken personen aantonen dat zij over praktische ervaring beschikken.

De duur van de praktische ervaring wordt op basis van voltijdsequivalent berekend. Dit betekent dat een ervaring van bijvoorbeeld 6 maanden gelijk staat aan 12 maanden voor een persoon die halftijds werkt.

Deze ervaring moet aan de volgende voorwaarden voldoen:

1. De ervaring moet betrekking hebben op de activiteit waarvoor een inschrijving wordt gevraagd. Ervaring inzake hypothecair krediet is niet relevant in het kader van een aanvraag tot inschrijving als tussenpersoon in bank- en beleggingsdiensten, en omgekeerd.

2. De ervaring moet betrekking hebben op een of meer domeinen van de theoretische kennis over de bank- en beleggingsdiensten.

Wordt steeds als relevante praktische ervaring aanvaard: de activiteiten in verband met het in ontvangst nemen van deposito's en andere terugbetaalbare gelden, het ontvangen en doorgeven van orders met betrekking tot een of meer financiële instrumenten, het plaatsen van financiële instrumenten zonder plaatsingsgarantie en de verhandeling van (alternatieve) effecten van openbare instellingen voor collectieve belegging, uitgeoefend als persoon in contact met het publiek bij een vergunde onderneming.

Wordt niet als relevante beroepservaring aanvaard:

  • werken in een backofficedienst (bv. een strikt administratieve verwerking);
  • werken in een callcenter waarbij enkel een doorverwijsfunctie wordt vervuld.

3. Praktische ervaring moet zijn opgedaan bij een tussenpersoon in bank- en beleggingsdiensten of bij een gereglementeerde onderneming.

Het bewijs van ervaring wordt geleverd door vermelding, in de vragenlijst, van de identificatie- en contactgegevens van de tussenpersoon of de gereglementeerde onderneming waarbij de ervaring is opgedaan. De FSMA kan contact opnemen met deze tussenpersoon en deze ondernemingen om de door de kandidaat ingevulde gegevens af te toetsen. Er moeten geen attesten van ervaring aan de FSMA worden bezorgd. De FSMA kan de juistheid van de verklaringen in de vragenlijst controleren. Het achterhouden of vervalsen van relevante informatie kan tot de weigering of de schrapping van de inschrijving van de tussenpersoon in bank- en beleggingsdiensten leiden.

4. De ervaring moet zijn opgedaan in een bepaalde periode waarvan de duur, die  berekend wordt op basis van voltijdsequivalent, wettelijk is vastgesteld. Voor bemiddeling in bank- en beleggingsdiensten gaat het daarbij om de ervaring die is opgedaan tijdens de 6 jaar voorafgaand aan de datum van de indiening van de aanvraag. 

5. De ervaring moet op reguliere wijze zijn opgedaan. Er wordt dus bijvoorbeeld geen rekening gehouden met het uitoefenen van een activiteit voor rekening van een onderneming die geen vergunning heeft of niet is ingeschreven als vereist, of met een activiteit als ‘persoon in contact met het publiek’ die niet beschikt over de vereiste theoretische kennis.

6. De duur van de ervaring is vermeld in de “checklists”.