search_api_autocomplete

Bij wie kan u een aanvullend pensioen opbouwen? Wat is een pensioeninstelling?

1. Keuze van pensioeninstelling

Om een aanvullend pensioen op te bouwen, moet u een pensioenovereenkomst sluiten met een pensioeninstelling: dit kan een verzekeringsonderneming zijn of een pensioenfonds (ook instelling voor bedrijfspensioenvoorziening of IBP genoemd).

De pensioeninstelling zorgt voor het beheer van uw aanvullend pensioen: ze belegt de ontvangen bijdragen, zorgt ervoor dat de pensioenrechten correct worden berekend en betaalt het aanvullend pensioen uit als u met pensioen gaat.

Wie sluit de overeenkomst?

In het kader van een VAPZ- of VAPZNP-overeenkomst, moet u als zelfstandige zelf een overeenkomst met een pensioeninstelling sluiten.

Bij het aanvullend pensioen voor de zelfstandige bedrijfsleiders, is het de vennootschap die deze overeenkomst sluit.

De pensioeninstellingen staan onder toezicht

Verzekeringsondernemingen en pensioenfondsen worden streng gecontroleerd. Zij mogen maar activiteiten ontplooien wanneer ze over een vergunning beschikken. Daarnaast wordt permanent nagegaan of ze in staat zijn om hun financiële verplichtingen na te komen.

De Belgische verzekeringsondernemingen staan onder het toezicht van de Nationale Bank van België. Lijst van verzekeringsondernemingen die over een vergunning beschikken.

De Belgische pensioenfondsen staan onder toezicht van de FSMA. Lijst van pensioenfondsen die over een vergunning beschikken.

2. Keuze van beheersvorm

Naast de keuze van een pensioeninstelling, moeten ook afspraken worden gemaakt over de manier waarop het aanvullend pensioen wordt beheerd en over de waarborgen die de pensioeninstelling biedt.

Bij een verzekeringsonderneming kan het aanvullend pensioen op twee manieren worden beheerd:

  • een verzekeringsproduct met gewaarborgd rendement, ook wel tak 21 genoemd. Meer informatie.
  • een verzekeringsproduct zonder gewaarborgd rendement, ook wel tak 23 genoemd. Meer informatie.

Sommige pensioenfondsen beheren pensioenovereenkomsten voor zelfstandigen.

  • het pensioenfonds kan een resultaatsverbintenis aangaan en zelf een bepaald rendement beloven. Dit is enigszins te vergelijken met een verzekeringsproduct met gewaarborgd rendement (tak 21). In de praktijk gebeurt dit echter eigenlijk nooit;
  • pensioenfondsen gaan in de regel een middelenverbintenis aan, waarbij ze zich ertoe verbinden om de ontvangen bijdragen zo goed mogelijk te beleggen, zonder echter een bepaald rendement te waarborgen. Dit is enigszins vergelijkbaar met een verzekeringsproduct zonder gewaarborgd rendement (tak 23).