Kan de inrichter het pensioenplan wijzigen of stopzetten?
Bij een sectorplan
Een sectorplan wordt ingevoerd op basis van een collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) afgesloten binnen een paritair comité. Over een wijziging of stopzetting van het sectorplan kan enkel worden beslist met een nieuwe CAO.
Bij een ondernemingsplan
Volgens de wet kan de werkgever zelf beslissen om een bestaand pensioenplan te wijzigen of te beëindigen. Hij kan dit niet zomaar doen. Hiervoor moeten een aantal procedures worden gevolgd:
- De werkgever moet eerst het advies vragen aan de ondernemingsraad.
Wanneer er geen ondernemingsraad is, moet hij het advies vragen aan het comité voor preventie en bescherming op het werk.
Wanneer er in de onderneming ook geen comité voor preventie en bescherming op het werk is, moet het advies worden gevraagd aan de vakbondsafvaardiging.
Als er in de onderneming geen ondernemingsraad, comité voor preventie en bescherming op het werk, noch een vakbondsafvaardiging is, moet de werkgever de werknemers individueel informeren alvorens een beslissing te nemen.Wanneer de werkgever deze regels niet naleeft, dan kunnen de aangeslotenen die niet akkoord zijn met de wijziging, deze laten nietig verklaren door de arbeidsrechtbank. Dit moet gebeuren binnen een jaar nadat de beslissing werd genomen.
- Als het pensioenplan voorziet dat ook de werknemers bijdragen moeten betalen en dit plan bovendien voor alle werknemers in de onderneming geldt, dan kan hij dit pensioenplan enkel invoeren, wijzigen of stopzetten:
- Ofwel bij CAO in de bedrijven met een ondernemingsraad, een comité voor bescherming en preventie op het werk of een vakbondsdelegatie.
- Ofwel door middel van een wijziging van het arbeidsreglement in de andere gevallen.
- Indien het om een sectorplan gaat, dan is de werkgever hierdoor gebonden. Hij moet het sectorplan naleven en kan zelf niet zomaar wijzigingen aan het plan aanbrengen. Een sectorplan kan enkel worden ingevoerd, gewijzigd of beëindigd met een nieuwe sectorale CAO.
- Daarnaast moeten de regels van het burgerlijk recht en van het arbeidsrecht worden nageleefd. Het pensioenreglement maakt deel uit van de individuele arbeidsovereenkomst tussen de werkgever en de werknemer, waardoor de pensioentoezegging tot de overeengekomen arbeidsvoorwaarden behoort. De rechtspraak stelt dat essentiële onderdelen van de arbeidsovereenkomst niet eenzijdig kunnen worden gewijzigd en dat een wijziging van die elementen dus in onderling overleg moet gebeuren.
Een wijziging van het pensioenplan mag in geen geval voor gevolg hebben dat de pensioenrechten die u op het ogenblik van de wijziging al heeft opgebouwd, worden verminderd.
Hoe worden de rechten van de aangeslotenen beschermd bij een wijziging van het pensioenplan?
Wanneer een pensioenplan wordt gewijzigd, mogen de reeds opgebouwde pensioenrechten niet verminderd worden. De wijziging van het pensioenplan mag enkel betrekking hebben op de toekomstige pensioenopbouw.
- Voor pensioenplannen van het type vaste bijdragen betekent dit dat de verworven reserves die tot aan de wijziging werden opgebouwd, na de wijziging verder evolueren volgens de regels uit het pensioenreglement die van kracht waren vóór de wijziging.
- Voor pensioenplannen van het type vaste prestaties, wordt voor de berekening van de rechten vóór de wijziging het dynamisch beheer toegepast. Hiervoor:
- Wordt het aantal in aanmerking te nemen dienstjaren beperkt tot de periode vóór de wijziging van het pensioenplan.
- Maar evolueren de overige parameters van de formule wel nog.
Zo zal bijvoorbeeld het aanvullend pensioen dat werd opgebouwd vóór de wijziging van het plan ook in de toekomst nog verder worden aangepast aan de evolutie van het loon. Enkel het aantal in aanmerking te nemen dienstjaren wordt dan beperkt tot de periode vóór de wijziging van het pensioenplan.
Ben ik verplicht om aan te sluiten bij het nieuwe pensioenplan?
Wanneer u al in dienst bent bij een onderneming op het ogenblik dat de werkgever beslist om een aanvullend pensioenplan in te voeren, dan bent u niet verplicht om bij dat pensioenplan aan te sluiten. U kan dus weigeren om deel te nemen. Een weigering houdt wel in dat uw werkgever ten aanzien van u geen enkele verplichting meer heeft wat het aanvullend pensioen betreft (bijvoorbeeld inzake informatieverstrekking of bijdragebetalingen).
Op deze regel bestaat één uitzondering: als het aanvullend pensioenplan wordt ingevoerd bij CAO (zoals dit bijvoorbeeld het geval is bij sectorplannen), dan worden alle werknemers automatisch aangesloten. In dat geval is er dus geen mogelijkheid om de aansluiting te weigeren, behalve wanneer de CAO dat uitdrukkelijk zo zou voorzien.
Welke gevolgen heeft een wijziging of stopzetting van het pensioenplan voor de slapers en de rentegenieters?
Het pensioenreglement dat van toepassing was op het moment dat u stopte met werken (door ontslag of pensionering), blijft nadien verder gelden.
Als de inrichter (werkgever of sectorale inrichter) het pensioenreglement na uw uitdiensttreding zou wijzigen, dan gelden deze wijzigingen niet voor u, zelfs niet wanneer de wijzigingen worden doorgevoerd via een CAO of een wijziging van het arbeidsreglement. Het pensioenreglement kan ten aanzien van u enkel gewijzigd worden als u uw akkoord geeft.