search_api_autocomplete

Het faillissement van de pensioeninstelling maakt geen einde aan het pensioenplan

Bij de invoering van een aanvullend pensioenplan doet de werkgever een belofte aan zijn werknemers om voor hen een aanvullend pensioen op te bouwen dat bovenop het wettelijk pensioen zal worden uitbetaald. Deze belofte, die de pensioentoezegging wordt genoemd, maakt deel uit van de arbeidsovereenkomst. De inhoud van het beloofde pensioen wordt beschreven in een pensioenreglement.

Voor het beheer van de pensioentoezegging doet de werkgever beroep op een pensioeninstelling, waarmee hij een overeenkomst afsluit. De beëiniging van deze overeenkomst met de pensioeninstelling, bijvoorbeeld als gevolg van een faillissement, maakt geen einde aan de pensioentoezegging van de werkgever t.a.v. zijn werknemers. De aangeslotenen blijven verder rechten opbouwen, tenzij de pensioentoezegging wordt beëindigd:

  • de wijziging of stopzetting van een pensioentoezegging is slechts mogelijk voor toekomstige dienstjaren. De in het verleden opgebouwde pensioenrechten kunnen niet worden verminderd; 
  • bij de wijziging of stopzetting van een pensioentoezegging moet rekening worden houden met de procedures op het vlak van informatie en consultatie.

De werkgever blijft dus in fine verantwoordelijk voor de nakoming van zijn pensioentoezegging en moet tussenkomen indien de door de pensioeninstelling uitgekeerde prestaties onvoldoende blijken, en dat ongeacht de oorsprong van het tekort. 

Indien het pensioenplan niet wordt beëindigd, moet de werkgever zo snel mogelijk een beroep doen op een nieuwe pensioeninstelling voor de verdere opbouw van het aanvullend pensioen van zijn werknemers.