Op het ogenblik waarop u een voorschot opneemt of waarop u het aanvullend pensioen in pand geeft of beslist om de afkoopwaarde van uw aanvullend pensioen toe te wijzen aan het ‘wedersamenstellen’ van uw hypothecaire lening, moet u geen belastingen betalen. Het is pas op het moment van de definitieve uitbetaling van uw aanvullend pensioen dat u belast wordt, ook indien het aanvullend pensioen reeds voordien voor vastgoedfinanciering werd gebruikt.
Wanneer een aanvullend pensioen wordt uitbetaald als een eenmalig kapitaal, dan zal dit kapitaal op dat ogenblik (normaal gezien) onderworpen worden aan een eenmalige belasting.
Wanneer u uw aanvullend pensioen heeft gebruikt voor de financiering van, bijvoorbeeld, de aankoop van uw woning, dan wordt deze eenmalige belasting geheel of gedeeltelijk vervangen door een belasting die wordt gespreid in de tijd.
Het deel van uw aanvullend pensioen dat werd gebruikt voor vastgoedfinanciering zal, tot een bepaalde drempel (100.480 euro voor het aanslagjaar 2026), gedurende een aantal jaren na de pensionering belast worden als een fictieve rente. Die rente is gelijk aan 1% tot 5% van het bedrag dat u heeft gebruikt voor de vastgoedfinanciering. Ze wordt voor een periode van 10 of 13 jaar bij uw andere inkomsten gevoegd en gezamenlijk belast. De precieze berekening hangt af van de leeftijd waarop het aanvullend pensioen (of de overlijdensdekking) wordt uitbetaald. In onderstaande tabel vindt u de details: