search_api_autocomplete
Home

FSMA zit eerste vergadering voor van het Euribor-college

Persbericht

De Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) heeft vandaag de eerste vergadering voorgezeten van het Euribor-college. Dit college omvat alle toezichthouders van de banken die deelnemen aan Euribor, en van de landen waarvoor Euribor van systemisch belang is.

In antwoord op de manipulatie, enkele jaren geleden, van financiële benchmarks, voert een Europese verordening[1] een strikt toezicht in op de wijze waarop de berekening van benchmarks wordt georganiseerd en beheerd. Zo wordt onder meer bepaald dat het leveren van benchmarks met een kritisch belang voorbehouden is aan entiteiten (beheerders) die vergund zijn in het land waar hun zetel gevestigd is. Een benchmark wordt als kritisch beschouwd wanneer hij gebruikt wordt als referentie-index voor financiële instrumenten of financiële contracten of om de resultaten van een beleggingsfonds te meten, met een totale waarde van ten minste 500 miljard euro.

Krachtens de Europese verordening is de FSMA de toezichthouder van het European Money Markets Institute (EMMI), de in Brussel gevestigde entiteit die de Euribor-benchmark beheert.

In die hoedanigheid heeft de FSMA vandaag de installatievergadering voorgezeten van het college dat alle toezichthouders omvat van de verschillende aan Euribor deelnemende banken en van de landen waarvoor Euribor van systemisch belang is voor de reële economie, voor de financiering van gezinnen en bedrijven of voor de consumenten in het algemeen. De totale waarde van de financiële instrumenten en contracten die Euribor gebruiken als referentie-index is voor 2014 geschat op 150.000 tot 180.000 miljard dollar.

Naast ESMA en de FSMA, telt het college op dit moment 15 nationale toezichthouders. De Europese Centrale Bank (ECB) woont eveneens het college bij.

 

[1]     Verordening (EU) 2016/1011 van 8 juni 2016.