Een crowdfundingdienstverlener die verleent, moet de nodige informatie inwinnen over de (potentiële) opdat hij in staat zou zijn hem geschikte financiële instrumenten aan te raden. Die informatie moet ten minste betrekking hebben op:
(a) zijn kennis en ervaring op het vlak van beleggingen
Daartoe moet de dienstverlener bij de informatie inwinnen over de volgende punten:
- het type diensten, verrichtingen en financiële instrumenten waarmee hij vertrouwd is. De dienstverlener mag zijn vragen beperken tot de instrumenten die hij zelf daadwerkelijk aanbiedt;
- de aard (aankoop, verkoop, ruil, enz.), het volume en de frequentie van de verrichtingen in die financiële instrumenten die hij gedurende een welbepaalde periode heeft uitgevoerd;
- het niveau van de opleiding die hij genoten heeft en zijn beroep of, als dit relevant is, zijn vorige beroep.
(b) zijn financiële situatie
Deze informatie bevat ten minste gegevens over de herkomst en omvang van de reguliere inkomsten van de , zijn activa, beleggingen, onroerende goederen en reguliere financiële verplichtingen. Algemeen moet aan de alle informatie worden gevraagd die een impact kan hebben op zijn financiële situatie. Het kan dan ook nuttig zijn om informatie in te winnen over zijn echtelijke staat en zijn gezins- en/of beroepssituatie.
(c) zijn beleggingsdoelstellingen
Er moet informatie worden ingewonnen over de duur van de periode waarin de de belegging wenst aan te houden, zijn voorkeur wat betreft het nemen van bepaalde risico's, zijn risicoprofiel en de bedoeling van de belegging. Ook de behoeften aan liquide middelen van de zijn een element waarmee rekening moet worden gehouden.
Aan de hand van die informatie moet de dienstverlener de geschiktheidstest afnemen alvorens advies te verlenen aan de . Hij moet er zich ook van vergewissen dat de informatie die de hem geeft, coherent is.