Ongeveer 37% van de Belgen tussen 16 en 80 jaar belegt. Dit percentage ligt iets hoger dan bij de voorgaande enquête, twee jaar eerder, toen 34% belegde[1]. Ondanks de toenemende populariteit van ETF’s heeft slechts 16% van de beleggers deze in portefeuille. Dat zijn enkele resultaten van de Retail Investor Survey 2024 van de FSMA.
De Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) voerde, in samenwerking met IPSOS, in december 2024 een online enquête uit bij 1.500 Belgische beleggers. Dit is een representatieve steekproef (op basis van leeftijd, geslacht en regio) van de Belgische beleggerspopulatie tussen 16 en 80 jaar.
De enquête definieert beleggers als respondenten die andere financiële producten dan spaarrekeningen, termijnrekeningen, pensioensparen of tak-21 producten aanhouden. De voornaamste resultaten van de enquête worden hieronder besproken.
Algemeen profiel investeerders
Ongeveer 37% van de Belgen tussen 16 en 80 jaar is een belegger. Dit percentage ligt iets hoger dan het percentage beleggers (34%) in de voorgaande enquête, die werd uitgevoerd in 2022. In vergelijking met de algemene Belgische bevolking zijn beleggers vaker mannen, maken beleggers vaker deel uit van de hogere sociale klassen (gedefinieerd op basis van inkomen en beroepscategorie) en zijn beleggers minder vaak woonachtig in Wallonië. Daarentegen is de leeftijdsverdeling en gezinssituatie van beleggers vergelijkbaar met die van de algemene bevolking.
6 op de 10 beleggers hebben een maandelijks netto gezinsinkomen tussen 2.000 en 5.000 euro. De helft van de beleggers spaart maximaal 400 euro per maand. Uit de bevraging blijkt ook dat bijna 45% van de beleggende twintigers een investeringsportfolio van maximaal 10.000 euro beheert. De helft van de -40-jarige beleggers heeft een portfolio van maximaal 20.000 euro[2].
Portfolio samenstelling
Spaarrekeningen, pensioensparen, fondsen en beursgenoteerde aandelen zijn de meest populaire instrumenten bij de beleggers. 85% van de beleggers heeft een spaarrekening, iets meer dan de helft doet aan pensioensparen, 38% investeert via fondsen en iets meer dan 1 op 3 investeert in beursgenoteerde aandelen. Ondanks de toenemende populariteit van ETF’s (zie bijvoorbeeld het FSMA Retail Investor Dashboard) heeft slechts 16% van de beleggers deze in portefeuille.
De leeftijd van een belegger bepaalt mee welke instrumenten in portefeuille worden aangehouden. Jongeren investeren vaker in crypto (meer dan 40% van de twintigers en dertigers geeft aan crypto te bezitten), ETF’s en derivaten, terwijl vijftigplussers vaker tak-21 en tak-23 producten, fondsen en beursgenoteerde aandelen aanhouden. Naarmate beleggers ouder worden, stijgt ook de participatie in pensioensparen. Hoewel een aanzienlijk gedeelte van de jongeren belegt in crypto, blijft de inleg in absolute termen beperkt. Meer dan 40% van de crypto-investeerders heeft een investeringsportfolio met een totale waarde van minder dan 10.000 euro, 54% beheert minder dan 20.000 euro[3].
Financiële geletterdheid en kennis
Als deel van de enquête werd beleggers gevraagd om de eigen financiële kennis te beoordelen. Daarnaast legden beleggers een standaardtest af over financiële geletterdheid met vragen over diversificatie, inflatie, vaste versus variabele rente en het verschil in risico tussen obligaties en aandelen. Terwijl 75% van de beleggers de impact van inflatie op koopkracht correct inschat, is iets meer dan de helft van de beleggers op de hoogte van de verschillen in risico tussen aandelen en obligaties. 60% van de beleggers is voldoende vertrouwd met het concept diversificatie. Dit laatste resultaat ligt in lijn met de bevindingen die aan bod kwamen tijdens het webinar naar aanleiding van het FSMA jaarverslag 2023[4].
Ongeveer een kwart van de beleggers beantwoordde alle vragen correct. 2 op de 3 beleggers die hun kennis als ‘voldoende tot uitgebreid’ inschatten, beantwoordden minstens 3 van de 4 vragen correct. De beleggers uit deze groep lijken zichzelf grosso modo correct in te schatten; er lijkt dus geen sprake van overmoed. Beleggers die hun eigen financiële kennis als ‘laag tot onbestaand’ inschatten, lijken zichzelf te onderschatten: 70% van de beleggers uit deze groep beantwoordde minstens de helft van de vragen correct.
Ongeveer 60% van de beleggers beoordeelt de eigen kennis als ‘voldoende’ of ‘uitgebreid’. Jongeren zijn voorzichtiger en schatten hun financiële kennis (onterecht) lager in; zestigers schatten hun financiële kennis het hoogst in. Tot slot bleken mannen beter te scoren op de financiële geletterdheidstest dan vrouwen. Uiteraard moet opgemerkt worden dat de afgelegde standaardtest niet alle aspecten van financiële kennis adequaat kan bevragen.
Jongeren op de beurs
Jongere beleggers zijn meer vertrouwd met het KID (Key Information Document) en de Europese ESG-classificatie (in artikel 6, 8 en 9 fondsen) dan ouderen. Het KID is gekend bij iets meer dan 60% van de -30-jarige beleggers (en ongeveer 50% van alle beleggers) die investeren in een product waarvoor een KID voorhanden is. Kennis over de EU ESG-classificatie vertoont dan weer een sterke link met de leeftijd van de belegger: 80% van de beleggende twintigers zijn hiermee vertrouwd, wat merkbaar meer is in vergelijking met de beleggende vijftigers (34%) en de beleggende zeventigers (18%).
Jongere beleggers raadplegen verder ook een breder gamma aan informatiebronnen bij het nemen van beleggingsbeslissingen. Zij informeren zich onder meer via nieuwsberichten op de login-omgeving of app van de aanbieder, hard data (zoals historische koersdata, persberichten, (half)-jaarverslagen), de prospectus of KID, of via algemene opzoekingen op het internet, sociale media, familie en vrienden. Oudere beleggers daarentegen vertrouwen voornamelijk op het advies van een professional (bijvoorbeeld een bankier of boekhouder), informatie beschikbaar via de algemene pers of voeren helemaal geen beleggingsonderzoek uit.
Deze resultaten tonen aan dat jongeren in het algemeen goed op de hoogte zijn van belangrijke financiële concepten en zich ook grondig informeren bij het nemen van beleggingsbeslissingen.
Duurzaamheid en ESG
Bijna 70% van de beleggers kent het concept duurzaam beleggen. Dit zijn iets vaker mannen dan vrouwen. Vooral beleggers jonger dan 50 jaar en vrouwen hechten belang aan duurzaamheid.
Beleggers geven aan dat zij, specifiek met betrekking tot duurzaam beleggen, vooral belang hechten aan informatie over de werkelijke impact van dergelijke beleggingen op de maatschappij en het milieu en over de prestaties van duurzame beleggingen in vergelijking met andere beleggingen. Daarnaast wensen beleggers geïnformeerd te worden over welke duurzame beleggingsproducten op de markt verkrijgbaar zijn.
[1] Het verschil is statistisch significant.
[2] De vragen met betrekking tot inkomen en/of portfoliogrootte werden niet door alle respondenten beantwoord (de niet-response graad bedraagt ongeveer 10%). De getoonde waarden zijn dus (meer dan bij andere vragen) schattingen.
[3] Het investeringsportfolio omvat hier de waarde van alle activa in portefeuille, dus niet enkel de crypto activa.