Iedere sector die onder toezicht staat van de FSMA draagt een percentage van de totale te financieren werkingskosten van de FSMA, zoals dat blijkt uit de begroting goedgekeurd door de Raad van Toezicht van de FSMA.
Dit bedrag wordt omgeslagen over de in de sector ingeschreven, geregistreerde of vergunde personen.
Bijdrage voor de activiteit als kredietgever
Kredietgevers die zowel hypothecair- als consumentenkrediet verstrekken, betalen een bijdrage voor elk van deze vergunde activiteiten.
De kredietgevers naar Belgisch recht betalen een jaarlijkse bijdrage waarbij het verschuldigd blijvend saldo in omloop op 31 december van het vorige jaar gebruikt wordt als berekeningsbasis.
Voor de Belgische kredietgevers wordt de bijdrage berekend op het volledige bedrag van dat verschuldigd blijvend saldo.
Voor de Belgische kredietgevers die onder prudentieel toezicht staan van de Nationale Bank van België en voor de buitenlandse kredietgevers die in België actief zijn via een bijkantoor of via vrije dienstverlening, wordt één derde van het verschuldigd blijvend saldo in aanmerking genomen.
De bijdrage is verschuldigd door de kredietgevers die op 1 januari van het boekjaar op de lijst van de vergunde kredietgevers zijn vermeld. Ook kredietgevers die van rechtswege een voorlopige vergunning hebben gekregen, moeten deze bijdrage betalen. Deze is verschuldigd sinds 2016.
Bijdrage voor de activiteit van kredietbemiddelaar
Kredietgevers die het bedrijf van kredietbemiddelaar uitoefenen, moeten ook hiervoor een bedrage betalen. De bijdrage is verschuldigd per vergunde activiteit.
De bijdrage wordt berekend aan de hand van het basisbedrag dat elke kredietbemiddelaar verschuldigd is en bestaat uit :
- een bedrag per verantwoordelijke voor de distributie ("VVD"), dat 20 % van het basisbedrag bedraagt,
- een bedrag per persoon in contact met het publiek ("PCP"), dat 15 % van het basisbedrag bedraagt.
De kredietgever is zelf verantwoordelijk voor het doorgeven van het juiste aantal VVD en PCP.
De maximale jaarlijkse bijdrage is bij Koninklijk besluit bepaald. Ze wordt jaarlijks aangepast naar verhouding van de evolutie van de werkingskosten van de FSMA. Vanaf 1 januari 2025 bedraagt ze maximaal 251.979 EUR per kredietvorm.
Het bedrag van de jaarlijkse bijdrage wordt berekend op basis van de toestand op 1 januari van dat boekjaar. De eerste bijdrage is in principe verschuldigd voor het boekjaar na dat waarin de kredietgever zijn activiteit als bemiddelaar heeft aangevat. Deze bijdrage werd voor het eerst aangerekend op basis van de toestand op 1 januari 2018.