- De Wet Integriteitsschendingen voorziet in de bescherming van melders die aan de volgende voorwaarden voldoen:
- zij hadden een gegronde reden om aan te nemen dat de gemelde informatie over de integriteitsschendingen op het moment van de melding juist was en dat die informatie binnen het toepassingsgebied van de Wet Integriteitsschendingen viel; en
- zij hebben intern of extern een melding gedaan of een openbaarmaking hebben gedaan in overeenstemming met de Wet Integriteitsschendingen.
- De melder verliest het voordeel van de bescherming niet op de enkele grond dat de te goeder trouw gedane melding onjuist of ongegrond is bevonden. Dit geldt ook voor personen die anoniem hebben gemeld, maar die later zijn geïdentificeerd en het slachtoffer worden van represailles.
- Facilitators (personen die melders bijstaan in het meldingsproces en wier bijstand vertrouwelijk is) en derden die verbonden zijn met melders, komen in aanmerking voor dezelfde bescherming vanaf het moment ze gegronde redenen hadden om aan te nemen dat de melder binnen het toepassingsgebied voor bescherming van de wet viel.
- Melders die te goeder trouw een integriteitsschending melden, mogen de FSMA informatie meedelen die normaal gezien vertrouwelijk is[1], mits zij redelijke gronden hebben om aan te nemen dat de melding van zulke informatie noodzakelijk[2] is voor het onthullen van een integriteitsschending. Onder dezelfde voorwaarden kan een dergelijke melding geen aanleiding geven tot burgerrechtelijke, strafrechtelijke of tuchtrechtelijke vorderingen of tot professionele sancties, en kunnen in gerechtelijke procedures de melder en de andere beschermde personen op generlei wijze aansprakelijk worden gesteld als gevolg van dergelijke meldingen van integriteitsschendingen. Melders van zulke informatie kunnen evenmin aansprakelijk worden gesteld voor de verwerving van of de toegang tot de informatie die wordt gemeld, tenzij die verwerving of die toegang op zichzelf een strafbaar feit vormde.
- Elke vorm van represailles tegen de melder en de andere beschermde personen[3], waaronder dreigingen met en pogingen tot represailles, is verboden. Elke directe of indirecte handeling of nalatigheid die in een werkgerelateerde context plaatsvindt naar aanleiding van een melding, en die tot ongerechtvaardigde benadeling van de melder leidt of kan leiden wordt als een represaille beschouwd. Een represaille kan met name de volgende vormen aannemen:
- schorsing, tijdelijke buitendienststelling, ontslag of gelijkwaardige maatregelen;
- degradatie of weigering van bevordering;
- overdracht van taken, verandering van plaats van tewerkstelling, loonsverlaging, verandering van de werktijden;
- onthouden van opleiding;
- negatieve prestatiebeoordeling of arbeids-referentie;
- opleggen of toepassen van een disciplinaire maatregel, berisping of andere sanctie, met inbegrip van een financiële sanctie;
- dwang, intimidatie, pesterijen of uitsluiting;
- discriminatie, nadelige of ongelijke behandeling;
- niet-omzetting van een tijdelijke arbeidsovereenkomst in een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, in het geval de werknemer de gerechtvaardigde verwachting had dat hem een dienstverband voor onbepaalde tijd zou worden aangeboden;
- niet-verlenging of vervroegde beëindiging van een tijdelijke arbeidsovereenkomst;
- schade, met inbegrip van reputatieschade, met name op sociale media, of financieel nadeel, met inbegrip van omzetderving en inkomstenderving;
- opname op een zwarte lijst op basis van een informele of formele overeenkomst voor een hele sector of bedrijfstak, waardoor de melder in de toekomst mogelijk geen baan meer kan vinden in de sector of de bedrijfstak;
- vroegtijdige beëindiging of opzegging van een contract voor de levering van goederen of diensten;
- intrekking van een licentie of vergunning; en
- verwijzing naar een psychiatrische of medische behandeling.
- De melder en de andere beschermde personen die menen het slachtoffer te zijn van represailles, kunnen een klacht indienen bij de dienst Interne Audit via de kanalen die beschikbaar zijn voor een meldingen bij de Federale Ombudsman[4] en kunnen zich tot de rechtbank wenden[5]. De bewijslast valt ten laste van de betrokken entiteit die de benadelende maatregel heeft genomen. De melder kan de Federale Ombudsman vragen om de status van melder, met inbegrip van de datum van de melding, ten aanzien van elke administratieve of gerechtelijke autoriteit te bevestigen. De melder kan de Federale Ombudsman eveneens om bijstand vragen ten aanzien van elke administratieve of gerechtelijke autoriteit die betrokken is bij zijn bescherming tegen represailles.
- De melder en de andere beschermde personen[6] die het slachtoffer worden van een represaille, kunnen een schadevergoeding vorderen overeenkomstig het contractueel of het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht. De Wet Integriteitsschendingen legt deze vergoeding vast tussen 18 en 26 weken loon. Deze vergoeding kan niet gecumuleerd worden met de vergoeding voor een kennelijk onredelijk ontslag. Indien het slachtoffer van een represaille echter geen beroepsactiviteit uitvoert bij de FSMA in het kader van een arbeidsovereenkomst of een ambtenarenstatuut, wordt de schadevergoeding vastgesteld op de werkelijk geleden schade. In laatstgenoemd geval moet het slachtoffer de omvang van de geleden schade wel bewijzen.
- Daarnaast hebben de melders en de andere beschermde personen[7] ook toegang tot een aantal ondersteuningsmaatregelen, zoals (i) onafhankelijk en kosteloos advies over de rechten van de melder en de rechten van de persoon die in de melding wordt beschuldigd van een integriteitsschending; (ii) technisch advies t.a.v. elke autoriteit die betrokken is bij de bescherming van de melder (in dit geval de federale ombudsman); (iii) rechtsbijstand alsook juridisch advies of andere juridische bijstand in strafrechtelijke en burgerrechtelijke procedures; (iv) ondersteuning op technisch, psychologisch, mediagerelateerd en sociaal vlak; en (v) financiële bijstand aan melders in het kader van gerechtelijke procedures. De ondersteuning bedoeld in punten (i), (iii), (iv) en (v) wordt geboden door het Federaal Instituut voor de bescherming en de bevordering van de Rechten van de Mens (FIRM)[8]. Op verzoek van de beschermde persoon kan de federale ombudsman de beschermde personen bijstaan ten aanzien van elke administratieve of gerechtelijke autoriteit, en kan de federale ombudsman in het bijzonder bevestigen dat de beschermde persoon een melding heeft gedaan overeenkomstig de Wet Integriteitsschendingen.
[1] De Wet Integriteitsschendingen doet evenwel geen afbreuk aan de bescherming van de vertrouwelijkheid van communicatie tussen advocaat en cliënt of van het medisch beroepsgeheim (artikel 4, § 1, 2°, van de Wet Integriteitsschendingen). Evenmin doet de wet afbreuk aan de vertrouwelijkheid van informatie die is gedekt door de geheimhouding van rechterlijke beraadslagingen (artikel 4, § 1, 3°, van de Wet Integriteitsschendingen). De Wet Integriteitsschendingenis evenmin van toepassing op het gebied van gerubriceerde gegevens, op de regels met betrekking tot het strafprocesrecht of op nationale veiligheid (resp. artikel 4, § 1, 1°, 4, § 1, 4°, en 4, § 2, van de Wet Integriteitsschendingen).
[2] Indien mogelijk dient de melder immers de feiten nauwkeurig en voldoende gedetailleerd te beschrijven en zo mogelijk te documenteren aan de hand van bewijsstukken die samen met de melding van de integriteitsschending worden overgemaakt. Zie tevens 'Wat vermeld je het best in je melding'.
[3] Met name: (i) facilitators (personen die melders bijstaan in het meldingsproces en wiens bijstand vertrouwelijk is), (ii) derden die verbonden zijn met de melder en die het slachtoffer kunnen worden van represailles in werkgerelateerde context, zoals collega’s of familieleden van de melder, (iii) juridische entiteiten die eigendom zijn van de melder, waarvoor de melder werkt of waarmee de melder anderszins in een werkgerelateerde context verbonden is, en (iv) personen die meewerken aan het onderzoek en hun raadsman.
[4] De contactgegevens van de Federale Ombudsman zijn opgenomen in het onderdeel 'externe meldingen' van deze FAQ.
[5] De werknemer kan verzoeken om opnieuw, onder dezelfde voorwaarden, in de onderneming te worden opgenomen (met betaling van het gederfde loon), of kan een schadevergoeding vorderen die overeenstemt met minimum 6 maanden brutoloon. Statutaire personeelsleden en personen die door andere personen dan werkgevers worden tewerkgesteld, zoals zelfstandige medewerkers, genieten dezelfde bescherming.
[6] Met name: (i) facilitators (personen die melders bijstaan in het meldingsproces en wier bijstand vertrouwelijk is), (ii) derden die verbonden zijn met de melder en die het slachtoffer kunnen worden van represailles in werkgerelateerde context, zoals collega’s of familieleden van de melder, (iii) juridische entiteiten die eigendom zijn van de melder, waarvoor de melder werkt of waarmee de melder anderszins in een werkgerelateerde context verbonden is, en (iv) personen die meewerken aan het onderzoek en hun raadsman.
[7] Met name: (i) facilitators (personen die melders bijstaan in het meldingsproces en wier bijstand vertrouwelijk is), (ii) derden die verbonden zijn met de melder en die het slachtoffer kunnen worden van represailles in werkgerelateerde context, zoals collega’s of familieleden van de melder, (iii) juridische entiteiten die eigendom zijn van de melder, waarvoor de melder werkt of waarmee de melder anderszins in een werkgerelateerde context verbonden is, en (iv) personen die meewerken aan het onderzoek en hun raadsman.
[8] Het FIRM kan worden gecontacteerd per brief (Leuvenseweg 48, 1000 Brussel) of per e-mail.